Twee 4 mei toespraken om nog even bij stil te staan

“Het is waar we elkaar ieder jaar over vertellen: dat het bestond. En ik merk met de jaren, dat het eigenlijk alleen maar wezenlijker voor mij wordt. Nu mijn vader en moeder er niet meer zijn, wie houdt het nog in ere?”.

Een passage uit de 4 mei toespraak van Hans Goedkoop, dit jaar. Zijn vraag is elementair; er zijn steeds minder mensen die met eigen ervaringen de herinnering aan de Tweede Wereldoorlog levend kunnen houden. En wellicht daarom, zien we dat begrippen uit de oorlog steeds vaker brutaal worden gekaapt. Poetin die zijn oorlog vergoelijkt met de noodzaak Oekraïne te “denazificeren”. Willem Engel die de vergelijking trekt tussen de mondkapjesplicht en de Jodenster. Baudet die schrijft dat de ongevaccineerden “de nieuwe joden”, en “wegkijkende uitsluiters de nieuwe nazi’s en NSB-ers” zijn.

Niet alleen schadelijke retoriek omdat die mensen kwetst, maar ook omdat die de betekenis van deze holocaustbegrippen doet verwateren en het zicht op wat er toen is gebeurd vertroebelt. Het kan de waakzaamheid doen slinken.

Hoe houden we het in ere?

Dus rijst naast “wie houdt het nog in ere?”, de vraag hoe houden we het in ere? Opdat wij niet vergeten, wat er daadwerkelijk is gebeurd.

Twee 4 mei toespraken gaven op deze beide vragen dit jaar een ijzersterk antwoord.

Hans Goedkoop’s fenomenale ‘Wat niet mag’

En ‘Badmeester Henk’ van Tieme de Laat

Beide behandelen hetzelfde thema: trouw blijven aan je eigen moreelkompas, ook als de omstandigheden reden geven om afwijken te vergoelijken. En ook hun hoe vertoont gelijkenissen. Ik noem drie technieken die ze beiden met verve toepassen.

Drie technieken die de toespraken extra krachtig maken

1. BEB: Beeld, Effect, Betekenis


Beide sprekers passen het zogenaamde BEB-model toe. Eerst zetten ze een krachtig beeld neer, vervolgens maken ze hun gehoor deelgenoot van het effect dat dit op hen heeft (‘het ik’), om het uiteindelijk in een groter kader te plaatsen (‘het wij’). Zo schetst Goedkoop aangrijpend Abel Herzberg’s Bergen Belsen, deelt zijn effect: “En ik merk met de jaren, dat het eigenlijk alleen maar wezenlijker voor mij wordt. Nu mijn vader en moeder er niet meer zijn, wie houdt het nog in ere?”, en confronteert ons uiteindelijk met de hedendaagse vergoelijking door omstandigheden, en de ongelijkheid daarvan, want “Als het toen kon, kan het altijd”.

De BEB-opbouw laat het publiek de boodschap in drie lagen ervaren.


2. Spelen met de tijd


Je kan de beleving van je publiek verder versterken door de tijd waarin je vertelt. Zo plaatst Goedkoop ons direct in Bergen Belsen met de zin: “Sta me toe u mee te nemen naar Bergen Belsen”. Vandaaruit beschrijft hij in de tegenwoordige tijd de omstandigheden van het kamp. Het maakt ons voor even ooggetuigen.

Tieme start in de verleden tijd, maar trekt ons naar het nu met zijn overgang op de tegenwoordige tijd: “En dan toch in de chaos van de oorlog rationeel blijven denken. Het slechte niet slechter maken door zelf kwaad te doen. De gevangenen blijven helpen, maar de bewakers met rust laten…”. Het maakt wat hij zegt van alle tijden, dus ook van nu.

Let op hoe Goedkoop een aantal maal (heel bewust?) switcht van taaltijd en hoe hij zijn boodschap daarmee onderstreept.


3. Aanhaken bij je publiek


Met het verstrijken van de generaties wordt het steeds belangrijker om de vraag ‘Why should I care’ expliciet te beantwoorden in de 4 mei toespraken. Oftewel, hoe maak je wat er toen is gebeurd relevant voor mensen nu. Beide sprekers doen dat door paralellen met het heden te trekken. Niet door de beladen begrippen te kapen en op de actualiteit te plakken, maar door de universele mechanismen achter de oorlog bloot te leggen en die te vertalen naar vandaag. Zo zegt Tieme: “En steeds vaker zie ik het gebeuren, dat we bezig zijn de tegenstander onderuit te halen, in plaats van de vriend te helpen.” En ook Goedkoop trekt vergelijkingen met het heden die aanzetten tot zelfreflectie.

Dit is uiteindelijk waarom we herdenken, waardoor we het állemaal ‘in ere’ kunnen houden.

Laten we daar nog even bij stilstaan.