Vijf retorische trucs van radicaal-rechts waar je op moet letten

Als een veenbrand raast radicaalrechts door Europa en Amerika. Het Duitse AfD is met 20% de op één na grootste partij in de peilingen, in november won ‘De Gek’ Javier Milei met 56% de Argentijnse presidentsverkiezingen, in eigen land werd PVV de grootste en alleen een wonder kan Trump nog afhouden van de Republikeinse nominatie.

Raar is het niet, rechtsradicalen varen wel bij de onzekerheid en het unheimische gevoel die onze tijd kenmerken: klimaatverandering, oorlogen, hevige inflatie, om er maar een paar te noemen. De oplossingen van ‘de machthebbende elite’ zijn te complex, ingrijpend of oneerlijk. Radicaal rechts schept orde in de chaos met een simpel en doeltreffend verhaal: zíj hebben het gedaan. 

De taal van weleer
Nu ze salonfähig zijn, worden hun vingerwijzingen en oplossingen steeds extremer. Zo bleek onlangs dat prominente leden van de Duitse AfD een ‘masterplan’ smeedden om migranten en andere onwelgevalligen massaal naar een Afrikaans stuk land te deporteren. Milei noemde zijn Colombiaanse ambtgenoot Petro een communistische moordenaar en seksuele voorlichting op scholen een Marxistisch complot om het traditionele gezin kapot te maken. En Trump beloofde in een campagnespeech “the largest deportation operation in American history”, want illegale immigranten “…are poisoning the blood of our country”.

Extreme taal, maar met grote aantrekkingskracht. Natuurlijk heeft dat vele redenen, maar een belangrijke succesfactor is dat radicaalrechts gebruik maakt van een aantal retorische basistrucs. Deze kennen en herkennen helpt om deze veenbrand te blussen.

Daarom, vijf retorische trucs van radicaalrechts waar je op moet letten.

1. Het verleden is heilig

Onze angst voor verandering zit diep. Reden dat radicaal rechts ons nooit zal proberen te verleiden met een toekomstige heilstaat, maar altijd met de terugkeer naar de wereld zoals we die kennen. Make America Great Again... Het verhaal van de progressieven over gedwongen verandering – niet om het vertrouwde leven terug te krijgen, maar rampspoed te reduceren – steekt daar schril bij af.


2. Gebruik de drama-driehoek (Schurk – Slachtoffer – Helper)

Het narratief: de schurk (‘de vreemdeling’ of ‘de elite’), bedreigt de status quo en verpest zo onnodig het leven van het slachtoffer (‘het eigen volk’). De helper (radicaalrechts) belooft de status quo te beschermen of te herstellen. In deze rolverdeling moet het slachtoffer ook niets, hij krijgt iets: zijn oude, vertrouwde leven terug. De schurk is degene die zich moet aanpassen, veranderen of oprotten. De progressieven zetten daar een diffuser  beeld tegenover: de kiezer is slachtoffer en schurk tegelijk. Zij moet haar levensstijl veranderen om zich beschermd te weten.

3. Een metafoor zegt meer dan 1000 argumenten

Een goed gekozen beeldspraak roept direct (vaak onbewust) emotie op. Extreemrechts is bijvoorbeeld gek op de medische metafoor: het zieke lichaam wordt vergiftigd door kwaadwillende invloeden. Dit betreft vaak een groep (immigranten, communisten of elite) die zich reeds in het lichaam bevindt en het van binnenuit kapot dreigt te maken. Andere populaire beeldspraken zijn die van natuurrampen (tsunami van islamisering) en geweldstaal om de schurk te bestrijden (‘Lock her up’ of de kettingzaag van Milei).

4. Hoe hoger je inzet, hoe meer je krijgt
Door radicale standpunten in te nemen en deze te blijven herhalen, kun je wat men aanvaardbaar acht verschuiven. Als kikkers in warmer wordend water raken we aan steeds extremeren gewend, waardoor je ook steeds meer draagvlak (of berusting) kunt krijgen voor radicaler beleid.

Zo schreef staff writer David H. Graham van The Atlantic in zijn stuk Trump isn’t bluffing: “The first time Trump says something, people react with shock and compare him to Hitler. The second time, people say Trump is at it again. By the third time, it becomes background noise […]. The result is that Trump has been able to acclimate the nation to authoritarianism by introducing it early and often”.

5. It’s the destination, not the journey

“Hoe minder mensen weten hoe worsten en wetten worden gemaakt, hoe beter ze slapen”, was Bismarcks overtuiging. Rechtsradicalen beloven gehakt te maken van de vijand, maar ook zij kijken wel uit te beschrijven hoe hun molen werkt. Want dan zal duidelijk worden: om die radicale plannen te verwezenlijken zal iedereen vuile handen of offers moeten maken. En daar trek je geen stemmen mee.

Het zijn simpele en effectieve trucs waar radicaalrechts zich van bedient. Belangrijk om die te herkennen en alert te zijn op leugens en onjuistheden. Tegelijkertijd rijst de vraag: zouden middenpartijen zich niet ook meer van deze trucs moeten bedienen? Hun verhaal is nauwelijks partij voor het radicale retorische geweld. Het antwoord op de vraag is wellicht teleurstellend: ja, dat zouden ze meer moeten doen. Campagne voeren vraagt niet om nuance, maar om duidelijke, beeldende taal die mensen raakt en tot actie aanzet. Tijd om vol op het orgel te gaan voor de goede zaak.

Ook meer bereiken met je presentaties en speeches?

Neem contact met ons op.